Bloemen

Beatrijs en bloemen

Anite Haverkamp, educator bij Museum Catharijneconvent vertelt wat ze zo fascinerend vindt aan het midddeleeuwse gebedenboek van Beatrijs van Assendelft.

Fascinatie

Iedere dag liep/loop ik wel een paar keer door de Catharinazaal van het museum langs het gebedenboek van Beatrijs van Assendelft. Meestal heb ik dan haast, op weg naar de volgende vergadering of afspraak. Maar vaak ook maakt ik even tijd om naar dit juweeltje te kijken. Waarom fascineert me dit handgemaakte boek zo?

Bijzonder is dat we weten voor wie dit boek gemaakt is. Beatrijs van Assendelft treedt in 1485 in als non bij het Haarlemse klooster Maria ter Zijl. Waarschijnlijk is dit de aanleiding om een brevier, een gebedenboek met daarin de gebeden per dag, voor haar te maken. Je ziet Beatrijs op deze pagina, geknield voor de heilige Augustinus, patroonheilige van het klooster. Het klooster van Maria ter Zijl hield zich aan de kloosterregel van Augustinus. De zusters heten dan ook reguliere kanunnikessen: regulier dwz volgens de regel.

Versierde rand vol bloemen, dieren en fantasiefiguren

Bij iedere feestdag is er een paginagrote miniatuur. Beatrijs en ook wij, de moderne kijker, kunnen zo via de afbeelding de belangrijkste feesten in het jaar meebeleven. Deze paginagrote verbeeldingen zijn een lust voor het oog. Waar ik nou zo ontzettend door gefascineerd ben, is niet alleen de afbeelding in het midden, maar juist ook de versierde rand eromheen. In die mooi gepenseelde rand zijn allerlei dingen te zien: bloemen, dieren, fantasiefiguren en gouden randen. Wat vertelt dat ons?


Natura docet

Voor de middeleeuwse mens was de wereld om hem heen vol betekenis. Het is immers God die het universum heeft gemaakt. In alles wat te zien is, ervaart de middeleeuwer de goddelijke aanwezigheid en ziet hij de zichtbare wereld als een openbaring van Gods schepping. Bloemen zijn daarom een belangrijk onderdeel in die schepping.

Belangrijke theologen als Augustinus en Bernardus van Clairvaux leggen de betekenis van bloemen vast.

Betekenis geven aan bloemen en planten is al erg oud. Van de oude Egyptenaren en Grieken weten we dat ze bijzondere krachten en betekenis aan planten gaven. In de loop van de middeleeuwen ontstaat er een uitgebreide lijst van bloemen met hun betekenis.

Zeg het met bloemen

Op deze pagina uit het handschrift is het feest van Pinksteren afgebeeld. Maria en de apostelen zijn in een kamer bij elkaar. Boven hun hoofden is de duif, symbool van de heilige geest, verschenen. Maar wat vertellen ons de bloemetjes in de rand?

Ik zie een blauwe akelei, madeliefjes en viooltjes, een ook een bloemenrank van de erwt. Midden onder is een narcis te vinden en iets meer naar links een distel. Veel van deze bloemen verwijzen naar het Pinksterfeest en vooral naar de Heilige Geest. De blaadjes van de bloem van de akelei lijken op duifjes, een duidelijke verwijzing naar de Heilige Geest. Vanwege de drie bloemblaadjes staat het viooltje symbool voor de Heilige Drie-eenheid: God de vader, De Zoon en de heilige Geest. Madeliefjes zijn Mariabloempjes en verwijzen naar de nederigheid van de Moeder Gods. De naam komt van het middeleeuwse Maeghet lieve. De distel verwijst naar de doornenkroon en daarmee naar het lijden van Christus. De gele trompetnarcis, die meestal rond Pasen bloeit, is natuurlijk de verkondiger van de Opstanding van Christus. Gelukkig hoeft niet alles een betekenis te hebben. Van de doperwt, de witte bloem in de linker rand is geen symbolische betekenis bekend.

De twee vogels in de rand aan de onderkant vallen nogal op. Ik had geen idee welke soort dat zou kunnen zijn. Tot een foto bij het natuurdagboek in dagblad Trouw van 30 april jl mij een lichtje deed opgaan. Het zou best eens de koekoek kunnen zijn. Wat denkt u?

De bloemen in de rand versterken de betekenis van het afbeelding in het midden. Het wil zeggen dat de betekenis van het Pinksterfeest in de gewone bloempjes om ons heen terug te vinden zijn. Daarvan was de middeleeuwse mens zich bewust.